Rijksmonumenten Urk

bron : www.rijksmonumenten en Wikipedia

Gemeentehuis van Urk en Politiebureau in Urk

Wijk 2 1
8321EP Urk
Flevoland
Bouwjaar: 1904-1905
Architect: J.F.L. Frowein

Inleiding Het voormalige GEMEENTEHUIS annex politiebureau van Urk verrees in 1904- 1905 in een aan de Neo-Hollandse Renaissance verwante bouwstijl. Het is gebouwd naar een ontwerp van de Haagse architect J.F.L. Frowein. De werkzaamheden zijn uitgevoerd door de aannemer H.C. Kramer uit IJmuiden. Het voormalige gemeentehuis staat op de plaats, waar voorheen de in 1896-1897, naar een ontwerp van R. de Boer van der Ley gebouwde openbare school stond. Van dit schoolgebouw, dat is gebouwd door de Urker aannemer H.J. Buis, zijn de zijvleugels blijven staan. Deze zijn met de bouw van het gemeentehuis verbouwd tot woningen voor de burgemeester en de plaatselijke arts. In 1941-1942 vond er een verbouwing annex uitbreiding aan het raadhuis en de woningen plaats door de Groninger architecten C. van Wijk en D. Broos. Het betrof voornamelijk inwendige verbouwingen, waarbij onder meer de ruimtendeling werd gewijzigd en de zuidgevel van de burgemeesterswoning een andere indeling kreeg. In 1988 verloor het gemeentehuis de oorspronkelijke functie. Het inwendige werd ingrijpend verbouwd en aangepast aan de nieuwe functie van museum met VVV kantoor. De voormalige trouwzaal is bij de verbouwing intact gelaten. In de jaren negentig is het voormalige vissershuisje (Wijk 2, 4) aan het museum toegevoegd. Omschrijving Het voormalige raadhuis is gebouwd in baksteen vanuit een onregelmatige plattegrond. Het verdiepingloze gebouw heeft een samengestelde, met leien (maasdekking) gedekte, voor een deel afgeknotte schilddaken. De voorzijde van het gebouw wordt gedomineerd door een vierkante klokketoren, waarin zich ook de hoofdentree bevindt. De entree bestaat uit een beslagen deur onder een bewerkt kalf met het opschrift ‘anno 1905’. Hierboven staat een tweelicht met bakstenen penant en diepliggende, segmentboogvormige glas-in-lood ramen en zandstenen onderdorpel. Het bovenlicht staat onder een eveneens segmentboogvormige overspanningsboog. De Bentheimer zandstenen gevelsteen hierboven is voorzien van een ruitvormige, in reliëf uitgevoerd wapen van Urk. De dubbele galmgaten hierboven zijn voorzien van keperbogen en afzaten. Aan de achterzijde van de toren bevinden zich identieke gevelopeningen. De galmgaten in de zijkanten zijn enkelvoudig en minder hoog. De iets bredere bovenkant van de toren heeft natuurstenen hoekstenen aan de aanzet van de met zink of lood beklede hoeklisenen. Dit gedeelte is met leien (maasdekking) bekleed en voorzien van een uurwerk aan alle vier zijden. De vierkante spits is aan de onderkant concaaf gewelfd, gedekt met leien (maasdekking) en heeft dakkapelletjes met luiken en een pironbekroning met bol en windvaan. De gevel rechts van de toren is symmetrisch. Deze heeft een doorgetrokken lekdorpel onder de vensters die zijn voorzien van onderdorpels met afzaat. In het midden staat een voor een steekkap geplaatste trapgevel (voormalige trouwzaal). Aan weerszijden hiervan bevindt zich een rechtgesloten, achtruits en met luiken behangen venster met geglazuurde onderdorpels. Ze staan onder segmentboogvormige, met glas-in-lood ingevulde bovenlichten. De twee vensters met smalle bakstenen penant in de trapgevel zijn identiek en staan onder een segmentboogvormige overspanningsboog. Het venster op de zolderverdieping is kleiner, maar verder vergelijkbaar. De vlaggestok is met beugels aan de gevel bevestigd. De gevelranden aan weerszijden van de met geprofileerde zandstenen deklijsten voorziene trapgevel zijn verlevendigd met een fries van uitgemetselde bloktanden onder op klossen rustende dakgoten. Uit het rechter dakschild steekt een slanke bakstenen schoorsteen met ezelsrug. Het lagere bouwdeel links van de toren bevatte oorspronkelijk de bodenkamer. Het heeft een vijfzijdige kap met opstaande nokranden van zink, een afgesnoten hoek en vijf zesruits vensters onder rollaag. De rechter zijgevel van het hoofdvolume is voorzien van een achtruitsvenster en een gevelbeëindiging als die van de voorgevel. De rechter uitbouw telt drie rechtgesloten venstertjes onder rollaag en heeft een uitgemetselde gevelbeeindiging en een geprofileerde gootlijst op klossen. Het trapgeveltje vormde oorspronkelijk de westelijke kopgevel van dit bouwdeel. Deze is verlengd met een tussenlid die het raadhuis met de voormalige dokterswoning verbindt. De achterzijde van het hoofdvolume was volgens een tekening ooit verlevendigd met een trapgeveltje. De achtergevel bezit een licht uitgemetseld trasraam, rechtgesloten vensters en een driezijdige, torenvormige erker met zeszijdige spits. Deze uitbouw bezit zesruits vensters met gebrandschilderd glas-in-lood in segmentboogvormige bovenramen met sluitstenen in de segmentbogen. De muren worden beëindigd door een uitgemetseld rondboogfries en een rand met op klossen rustende geprofileerde goten. De concaaf gewelde spits is gedekt met leien (maasdekking) en heeft een bolbekroning. De vensters zijn voorzien van onderdorpels met afzaat van geglazuurde tegels en doorgetrokken lekdorpels. De gevelbeëindiging is als die van de voorgevel. Het vlakke deel van de gevel bevat drie keer twee zesruits-vensters onder segmentboogvormige, met glas-in-lood ingevulde bovenlichten, alsmede een kleine, rechtgesloten gevelopening met tralies onder rollaag. Het venster in de rechter zijgevel is identiek. Uit het dakschild hierboven steekt een dakkapel met luik en met zink beklede wangen. De lagere uitbouw aan deze oostgevel vormt het tussenlid naar de voormalige burgemeesterswoning. Het tussenlid is voorzien van een met bouletpannen gedekt afgeknot zadeldak en een met hangwerk beslagen deur boven een bakstenen stoep met ijzeren hek. Een recht gesloten gevelope- ning rechts hiervan is dicht gemetseld. De gevelbeëindiging is een uitgemetselde rand (rollaag) met geprofileerde goot op klossen. Het terugliggende gedeelte links van het hoofdvolume is minder hoog opgaand en staat onder een afgeknot, met leien (maasdekking) gedekt afgeknot schilddak. Het heeft een afgesnoten hoek, zes vensters en een nog iets lager, met bouletpannen gedekt tussenlid met twee zesruits vensters, waarmee het met de voormalige dokterswoning is verbonden. Rondom het complex staat een grotendeels vernieuwde bakstenen erfscheiding met ezelsrug op de lagere delen en met ijzeren hekwerk tussen de platte postamenten en de gebogen hoekpartijen, die oorspronkelijk ook van een ezelsrug waren voorzien. De voormalige schoolvleugels, de latere woningen voor de dokter en de burgemeester, zijn opgetrokken in twee kleuren baksteen, vanuit rechthoekige plattegronden. De anderhalve bouwlaag hoge bouwdelen staan onder met bouletpannen gedekte zadeldaken met bloemvormige makelaars. De lange westgevel van de voormalige dokterswoning (het westelijke bouwdeel) bevat vijf, onder segmentboog staande zes- en negenruits vensters met onderdorpels met dubbele afzaat. Tussen de begane grond en de lage verdieping zijn staafankers bevestigd. De hoeken worden geaccentueerd door lisenen en de bovenkant van de gevel is verlevendigd door decoratieve metselverbanden van gele baksteen en een uitgemetselde rand met bloktand. De goot rust op gesneden houten klampen. Tussen het linker venster en de hoekliseen bevindt zich een trapsgewijs uitgemetselde vertikale band, die mogelijk het restant is van een deels uitpandig rookanaal. Boven het tweede venster van rechts bevindt zich een bakstenen dakkapel met negenruits venster tussen lisenen. Het uitkragende zadeldak is voorzien van een voorschot met makelaar en rust op twee korbelen. Een gevelsteen vermeldt ‘6 juli 1904, Frans van der Wielen, oud 4 jaar’. De zuidelijke kopgevel telt op de begane grond drie negenruits-vensters onder segmentboog, als die in de zijgevel. Het kortere, brede venster daarboven staat onder strek en een uitkragend voorschot met makelaar. De noordelijke kopgevel is enigszins vergelijkbaar. Het bredere middelste venster is hier negenruits en staat tussen twee smallere zesruits-vensters. Al deze vensters staan onder segmentbogen. Ook hier zijn staafankers tussen beide bouwlagen bevestigd. Tegen het rechter (noordelijke) deel van de oostgevel staat een bakstenen serre onder een met leien (maasdekking) gedekt lessenaardak. De serre heeft zijwanden (noord- en zuidzijde) met zesruits vensters onder segmentboog en een beschoten bovenkant met keperfries. De lange serrezijde is voorzien van een porte brisée met zijramen. Hierboven is de gevel net als de westelijke gevel verlevendigd met decoraties van gele baksteen. De deur in deze gevel is nieuw, het venster staat onder segmentboog en bevat openslaande ramen. De kopgevels van de voormalige burgemeesterwoning waren oorspronkelijk identiek aan die van de dokterswoning. Het middelste venster in de zuidelijke gevel is echter dichtgemetseld. Tegen de oostgevel staat een tussengevoegd, met een schuur verbonden tussenlid met plat dak en afgesnoten hoek. De gevel is net als de westgevel van de dokterwoning voorzien van twee, deels uitpandige rookkanalen, waarvan de rechter nog uitmondt in een schoorsteen. De gevel bevat verder twee vensters als de smallere in de noordelijke kopgevels, een gewijzigde gevelopenig, een serie staafankers en een gevelsteen met ’29 juli 1904, jonkvr. E.C. den Beer Poortugall’. De westgevel telt vier negenruits-vensters als de vensters elders in de vleugels, alsmede een deels in de kap stekend samengesteld venster met zadeldak en beschoten top met makelaar. De grote dakkapel is als die aan de voormalige burgemeesterswoning. Uit het dakschild steekt een uit een deels uitpandig rookkanaal voortkomende vierkante schoorsteen. In het inwendige van het gebouw is de voormalige, nu als trouwzaal in gebruik zijnde raadszaal voor een belangrijk deel in de oorspronkelijke staat bewaard gebleven. Waardering Het voormalige gemeentehuis annex politiebureau is van algemeen belang vanwege de cultuurhistorische, de architectuurhistorische en de stedenbouwkundige waarde. – Zowel het karakteristieke raadhuis als de beide vleugels zijn van cultuurhistorisch belang vanwege de oorspronkelijke functies en de hiermee verbonden geschiedenis. De bouwdelen zijn tevens van belang als een bijzondere uitdrukking van een bestuurlijke ontwikkeling en als uitdrukking van typologische ontwikkelingen. – De samenstellende bouwdelen zijn van architectuurhistorisch belang vanwege de voor de bouwtijd karakteristieke vormgeving, vanwege de detaillering en vanwege het materiaalgebruik. – Het raadhuis heeft stedenbouwkundige en ensemblewaarde als beeldbepalend onderdeel van de waardevolle bebouwing rondom het Wilhelminaplein en vanwege de visuele en functionele samenhang tussen de samenstellende onderdelen van het gebouw. – Het raadhuis is bovendien van belang vanwege de herkenbaarheid en de grote mate van gaafheid van het exterieur en delen van het interieur. (bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed)

Gemeentehuis van Urk en Politiebureau in Urk | Door: Aliedeboer (wiki) | Licentie: CC-BY-SA-3.0-NL

0 antwoorden

Plaats een reactie (naam E-mail en Site niet verplicht)

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *