Diepvrieshuisjes in de Noordoostpolder

In enkele dorpen in de Noordoostpolder bevinden zich diepvrieshuisjes.
Het was voor het net gevestigde bouwbedrijf L. de Graaff in Kraggenburg één van zijn eerste serieuze opdrachten.
De diepvrieshuisjes stammen uit de jaren vijftig, een tijd waarin de aanschaf van een eigen diepvries voor gezinnen te duur was.

Op meerdere plekken in Nederland zijn dergelijke huisjes gebouwd. De diepvrieshuisjes vormden een welkome aanvulling op de bewaarmogelijkheden van voedsel in een tijd dat iedereen in bepaalde mate zelfvoorzienend was met een eigen moestuin en vaak ook een varken.
De huisjes werden doorgaans door een coöperatieve diepvriesvereniging beheerd. Leden van deze vereniging konden een diepvrieslade in het huisje huren. Aanvankelijk één lade per gezin, later, toen de belangstelling afnam, twee of drie per gezin.

In Marknesse werd omstreeks 1950 een diepvrieshuisje gebouwd aan de Lage Sluiswal.
Ook Luttelgeest en Tollebeek hebben nog een diepvriesgebouwtje.
Het diepvrieshuisje van Tollebeek werd gebouwd in 1958 en gesloten in 1989.
In de huisjes bevindt zich een carrousel met een honderdtal lades.
Bij binnenkomst zijn twee lagen lades zichtbaar. Met een drukknop kan de carrousel gedraaid worden tot de gehuurde lade voorkwam die met een eigen sleutel geopend kon worden.

Bron en foto : samflevoland.nl

In de Noordoostpolder is er in enkele dorpen (Tollebeek, Nagele en Luttelgeest) nog een bijzonder cultuurhistorisch fenomeen te vinden; een diepvrieshuisje.
De diepvrieshuisjes werden grofweg tussen 1950 en 1960 gebouwd.
In die tijd verschenen er op meerdere plaatsen in Nederland diepvrieshuisjes die gezamenlijk door boeren en burgers werden beheerd.
De aanschaf van een eigen diepvries was in die jaren voor veel gezinnen te duur.
De huisjes werden doorgaans door een coöperatieve diepvriesvereniging beheerd. Leden van deze vereniging konden een diepvrieslade in het huisje huren als er één vrijkwam. Aanvankelijk
kon er één lade per gezin gehuurd worden. Later, toen de belangstelling verminderde, kon je wel twee of drie lades huren.

foto Eggestraat in Nagele

In het project Oral History van Landschapsbeheer verzamelen vrijwilligers verhalen over landschap, natuur en cultuurhistorie uit de pioniertijd. In de interviews wordt ook verteld over de diepvrieshuisjes.
De heer Huizinga is geïnterviewd door Dicky Meijer over het diepvrieshuisje in Marknesse en noemt het grote gemak van het diepvrieshuisje. Het was destijds een welkome uitbreiding van de bewaarmogelijkheden.
Voorheen kon vers vlees maar twee, of maximaal drie dagen in de kelder bewaard worden. In de diepvrieslade werd vlees van eigen slacht bewaard, van varken, schaap of kalf. Het diepvrieshuisje in Marknesse is omstreeks 1950 gebouwd en stond aan de Lage sluiswal, op de plaats waar nu het toiletgebouwtje voor passerende schepen staat.
De heer Hanssens is geïnterviewd door Hillie de Jong en vertelt over het diepvrieshuisje in Luttelgeest. Toen het diepvrieshuisje werd gebouwd waren er nog geen winkels. Je moest daarom in een bepaalde mate
zelfvoorzienend zijn. Iedereen uit het dorp had een volkstuin in die tijd. Groenten die overbleven werden bewaard in het diepvrieshuisje. In het huisje was een carrousel met een honderdtal lades. Als je het huisje binnenkwam waren er twee lagen lades zichtbaar.
Met een drukknop kon je de carrousel laten draaien tot je eigen lade voorkwam die je met je eigen sleutel kon openen.
Naast deze twee diepvrieshuisjes is er ook nog één te vinden in Tollebeek. Dit diepvrieshuisje is in 1958 gebouwd. Ook dit huisje in Tollebeek werd op coöperatieve basis beheerd. Dit diepvrieshuisje werd in 1989 gesloten.
Landschapsbeheer wil bewoners van Flevoland bewust maken van het verleden en zet zich in voor behoud en ontwikkeling van karakteristieke cultuurhistorische elementen. Daarbij is er met name aandacht voor groene elementen en elementen die (nog) geen beschermde status genieten. Vandaar deze aandacht voor diepvrieshuisjes.